Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [27]De bergen zijn met zijn schaduw bedekt geweest, en zijn ranken waren [als] [28]cederbomen Gods. 27. De psalmist geeft te kennen dat het volk van Israel zeer vermenigvuldigd is geweest door het gehele land Kanaan. 28. Dat is, zeer grote, zeer hoge cederbomen. Zie de aantekeningen bij Gen.13:10; hfdst.36 vs.7 staat bergen des Heeren; dat is, grote en hoge bergen. Of cederbomen Gods, betekent hier cederbomen door God zelf geplant; gelijk hfdst.104 vs.16.